Naar aanleiding van een project rond Van Eyck leerde de kunstenares schilderen met tempera zoals de oude meesters. Na drie lagen gesso volgt de ondertekening met eigeel en pigment van gebrande omber en titaanwit op kleine panelen van 20 op 30. Daarop komen verschillende lagen in olieverf die telkens een ruime droogtijd nodig hebben voor er verder gewerkt kan worden. De basislaag in tempera met gebrande omber is soms nog op de achtergrond te zien.